Journalist Jim Jansen en fotograaf Eddy Ellert begeven zich door de straten van Amsterdam Oost en komen bekende- en onbekende buurtgenoten tegen. Deze keer Ruud Meijer, voormalig docent, schilder en alom gewaardeerd illustrator van de buurtkrant Dwars.
Bijna dagelijks zie ik hem lopen, Ruud Meijer, mijn voormalige docent aardrijkskunde, Nederlands en tekenen van wie ik begin jaren tachtig les kreeg. Hij was een begenadigd leerkracht die fabuleus kon vertellen over zijn liftavonturen dwars door Europa heen en zijn voorliefde voor kunst. Al dan niet door hem zelf gemaakt. ‘Eigenlijk voelde ik me helemaal geen leraar, maar meer iemand die de leerlingen en collega´s een beetje mocht vermaken,’ zegt hij op de kop af veertig jaar later, terwijl hij met een schilderij bij de Coffee Company op de Middenweg verschijnt.
In waar nu De Amsterdamse MAVO huist, daar gaf Ruud les op Mavo Oost, een overzichtelijke school, met voor elk leerjaar een dubbele klas en klein team docenten, waarmee hij met enkelen nog steeds bevriend is. ‘Een prachtige tijd,’ zegt hij terugkijkend, ‘zeker omdat we met grote regelmaat na schooltijd met z’n allen een paar biertjes gingen drinken bij Elsa’s.’ Lachend: ‘De avond na mijn pensionering heb ik het niet droog gehouden, zo verknocht was ik toch aan de school.’
Hij nipt aan zijn cappuccino en ontdoet het schilderij van het beschermfolie. Qua kleur en stijl doet het me denken aan Rembrandt en Ruud vertrouwt me toe dat hij waarschijnlijk verre familie van de schilder is. Ongemerkt neemt hij zijn docenthouding aan en vertelt wat we zien. Links op het beeld schilderde hij het voormalige pand van onder meer de ABN Amrobank en het Rechtshuis, waarvan Napoleon volgens de overlevering in 1811 de sleutels overhandigd kreeg. ‘Iets verderop zie je onder meer de Mondriaantoren en de Rembrandt-toren,’ zegt hij, ‘met daar tussen het praalgraf voor Jo van Heutsz op de Nieuwe Oosterbegraafplaats. Aan de andere kant van het water ligt Amerika. En nee, dat is niet vreemd, als schilder heb ik vrijheid en New York heette niet voor niets Nieuw-Amsterdam.’
De koffie is op en net voor het afscheid zegt hij dat hij nog even snel langs het boekenkastje aan de overkant wil lopen om te zien of er een mooi boek in staat. ‘Ik ben dol op die kastjes en dagelijks werp ik er een blik op. Ik kijk of er wat tussen staat en als ik zelf overtollige boeken of andere spullen heb, dan zet ik daar neer. Je zou me wel Ruud Recycle kunnen noemen en het struinen langs die plekken past wel een beetje bij het ritme van mijn dag. Net zoals ik altijd even bij ’t Hartje naar binnen wip als ik mijn kleinzoon Max naar school heb gebracht. Vervolgens vind ik meestal wel iets van mijn gading.’ #